Als bestuurder van uw onderneming zult u er alles aan doen om uw onderneming van de ondergang te redden. Dit resulteert in de praktijk vaak tot het bevoordelen van bepaalde schuldeisers. Hierbij kunt u denken aan een zuster- en/of moedervennootschap, de bank of vrienden en familie.
Indien uw onderneming ondanks uw inspanningen toch failliet is verklaard, heeft de curator vervolgens de taak om het vermogen van de failliete onderneming ‘te gelde’ te maken en de gelden te verdelen onder de schuldeisers. De curator heeft tevens de taak om onderzoek te verrichten naar de hierboven aangehaalde transacties voorafgaand aan het faillissement. Dergelijke (ongebruikelijke) transacties worden mogelijk aangemerkt als paulianeus handelen.
Het voor het faillissement verrichten van dergelijke handelingen kunnen door de curator ongedaan worden gemaakt (vernietigd). Enkel (on)verplichte rechtshandelingen kunnen door de curator worden vernietigd. Hierbij kan worden gedacht aan koop/verkoop, schenking, betaling maar ook het vestigen van een pandrecht of borgstelling.
Onverplichte rechtshandelingen
Op grond van artikel 42 Faillissementswet kan de curator ten behoeve van de boedel elke onverplichte rechtshandeling die de schuldenaar vóór het faillissement heeft verricht vernietigen maar daarvoor is wel vereist dat diegene wist of behoorde te weten dat hij daarmee een schuldeiser zou benadelen.
Sprake moet (dus) zijn van een:
Verplichte rechtshandelingen
Op grond van artikel 47 Faillissementswet kunnen ook verplichte rechtshandelingen worden aangetast door de curator. Vernietiging is in dat geval mogelijk als de rechtshandeling:
Bewijs
De hoofdregel is dat de bewijslast voor paulianeus handelen bij de curator ligt. In de praktijk is het niet altijd eenvoudig te bewijzen dat sprake is van dergelijke wetenschap bij de schuldenaar. Hoewel de Hoge Raad in het arrest ABN/Van Dooren III heeft bepaald dat sprake was van wetenschap van benadeling als deze “met een redelijke mate van waarschijnlijkheid” is te voorzien, voorziet de wet in bepaalde gevallen in een omkering van de bewijslast: als sprake is van een transactie met gelieerde personen en/of vennootschappen (overwegend gelijke bestuurders en/of aandeelhouders) wordt vermoed dat sprake is van wetenschap van benadeling, en is het aan de aangesproken partij dit vermoeden te ontkrachten.
Conclusie
Hoewel de faillissementspauliana een sterk middel is van de curator om rechtshandelingen ongedaan te maken, is in veel gevallen goed verweer mogelijk. Het is dan ook in uw belang om u zich hierbij van zo goed mogelijk juridisch advies te laten voorzien.
Als insolventiespecialist staat Van der Zwan Advocaten u hierin graag bij. Vraagt u zich af of de door u verrichte handelingen mogelijk paulianeus zijn, dan wel heeft u te maken met een failliete onderneming die mogelijk paulianeuze handelingen heeft verricht, neem dan – uiteraard geheel vrijblijvend – contact op met Van der Zwan Advocaten.
Laat uw gegevens achter en wij nemen binnen 24 uur contact met u op